Gewichten en maten

Bedreigingsstatus

Beschrijving van het dier

Stanleys kraanvogel, wetenschappelijk bekend als Anthropoides paradisea, is een fascinerende en opvallende vogelsoort die voornamelijk te vinden is in de graslanden en landbouwgebieden van Zuidelijk Afrika. Dit dier is met zijn majestueuze voorkomen en unieke gedrag een opmerkelijke verschijning in zijn natuurlijke habitat. De naam van de soort eert de Britse ontdekkingsreiziger en journalist Henry Morton Stanley.

De Stanleys kraanvogel is middelgroot, met een lengte variërend van ongeveer 100 tot 120 centimeter en een gewicht van 4 tot 6,5 kilogram. Het meest kenmerkende aan deze vogel is zijn lange, dunne nek en lange poten, die hem een elegant en sierlijk voorkomen geven. De verenkleed is hoofdzakelijk grijs, met uitzondering van de witte vleugeluiteinden die duidelijk zichtbaar zijn tijdens de vlucht. Een opvallend kenmerk is de lange, zwarte pluim op de kop, die bijdraagt aan de kenmerkende schoonheid van de vogel.

Het gezicht van de Stanleys kraanvogel is grotendeels wit, met een opvallende zwarte vlek die zich uitstrekt van de ogen tot aan de achterkant van de kop. Deze zwarte vlek contrasteert prachtig met de heldere, blauwe ogen van de vogel. De snavel is relatief kort en recht, perfect aangepast aan hun dieet dat voornamelijk bestaat uit zaden, insecten en andere kleine dieren.

Stanleys kraanvogels leven meestal in paren of kleine familiegroepen en staan bekend om hun spectaculaire paringsdansen, die bestaan uit een serie van indrukwekkende sprongen, diepe buigingen en luidruchtige roepgeluiden. Deze dansen spelen een cruciale rol in de paarvorming en het onderhouden van de band tussen de partners.

De habitat van deze vogels strekt zich uit over de graslanden en agrarische velden van Zuid-Afrika, Lesotho, Eswatini en in mindere mate Zimbabwe en Botswana. Ze geven de voorkeur aan gebieden met een combinatie van open grasland en waterbronnen, zoals beekjes en moerassen. De aanwezigheid van water is essentieel voor hun overleving, zowel voor het drinken als voor het vinden van voedsel.

Stanleys kraanvogels zijn grotendeels standvogels, maar kunnen zich over korte afstanden verplaatsen op zoek naar voedsel en geschikte broedgebieden. Tijdens het broedseizoen bouwen ze hun nesten op de grond, goed verborgen tussen het hoge gras. De vrouwtjes leggen meestal twee eieren, die door beide ouders met grote zorg worden bebroed.

Hoewel de Stanleys kraanvogel momenteel niet als een bedreigde soort wordt beschouwd, wordt de populatie wel bedreigd door habitatverlies en -degradatie, voornamelijk als gevolg van landbouwuitbreiding, ontwatering van wetlands en de aanleg van infrastructuur. Het behoud van deze prachtige vogels vereist inspanningen om hun natuurlijke leefgebieden te beschermen en te herstellen.