Foto: Sijs
Gewichten en maten
Lengte van 11 tot 12,5 cm
Gewicht van 10 tot 18 g
Vleugelspanwijdte van 20 tot 23 cm
Beschrijving van het dier
De Sijs, wetenschappelijk bekend als Spinus spinus, is een kleine, levendige zangvogel die behoort tot de familie van de vinkachtigen (Fringillidae). Dit charmante vogeltje is gemakkelijk te herkennen aan zijn opvallende kleuren en zijn levendige gedrag. Sijzen hebben een lengte van ongeveer 11 tot 12,5 centimeter en wegen tussen de 10 en 18 gram, waardoor ze tot de kleinere vogelsoorten behoren.
Het verenkleed van de mannelijke sijs is een prachtig palet van kleuren. De bovenzijde is overwegend olijfgroen tot geelgroen, terwijl de onderzijde een helderdere geelgroene kleur heeft. Het meest opvallend zijn de zwarte kruin, kin en vleugels, die een scherp contrast vormen met de rest van het lichaam. De vleugels zijn bovendien versierd met een opvallende gele streep, die in vlucht goed zichtbaar is. De vrouwtjes zijn over het algemeen minder fel gekleurd en hebben meer grijze en bruine tinten, waardoor ze een meer gecamoufleerd uiterlijk hebben, wat hen helpt zich te verbergen voor roofdieren.
Sijzen zijn sociale vogels die buiten het broedseizoen vaak in groepen te vinden zijn. Ze voeden zich voornamelijk met de zaden van bomen en struiken, zoals berken, elzen en coniferen. Hun snavel is kort en kegelvormig, perfect aangepast aan het kraken van zaden. Tijdens het broedseizoen, dat loopt van april tot augustus, worden insecten en hun larven een belangrijker onderdeel van hun dieet, vooral voor het voeden van hun jongen.
Deze vogels zijn ware kunstenaars in het bouwen van hun nesten, die ze vaak in de buitenste takken van hoge bomen plaatsen. Het nest is een ingenieus gebouwd kommetje, gemaakt van takjes, mos, haar en veren. Hierin legt het vrouwtje gewoonlijk 4 tot 6 eieren, die ze gedurende ongeveer twee weken bebroedt.
De Sijs is een trekvogel die afhankelijk van het seizoen van habitat wisselt. In de zomer zijn ze voornamelijk te vinden in de noordelijke delen van Europa en Azië, waar ze broeden. In de winter trekken ze naar het zuiden, naar meer gematigde en zuidelijke gebieden, waaronder delen van West-Europa. Tijdens deze trek kunnen sijzen soms in grote zwermen worden waargenomen, wat een spectaculair gezicht is.
Ondanks hun kleine formaat zijn sijzen opvallend veerkrachtig en aanpasbaar, waardoor ze in staat zijn te overleven in een verscheidenheid aan habitats, waaronder bossen, parken en tuinen. Hun vrolijke zang en levendige gedrag maken hen geliefd bij vogelliefhebbers en dragen bij aan de biodiversiteit van de gebieden waar ze voorkomen.
Verspreidingskaart
Foto: Sijs - voorkomen
Nieuwe dierenfoto's