Gewichten en maten

Biologische gegevens

Beschrijving van het dier

De Merel (Turdus merula), een van de meest herkenbare en geliefde vogels in Nederland, is een interessante verschijning in zowel stedelijke als landelijke gebieden. Dit lid van de lijsterfamilie valt op door zijn melodieuze zang en kenmerkende voorkomen. Mannetjes hebben een glanzend zwarte verenkleed met een opvallende oranje-gele snavel en oogring, terwijl vrouwtjes en jonge vogels bruin zijn met een wat lichtere onderzijde, waardoor ze goed gecamoufleerd zijn in hun natuurlijke omgeving. De snavel van de vrouwtjes is vaak donkerder en minder opvallend dan die van de mannetjes.
Met een lengte van ongeveer 24-29 cm en een spanwijdte van 34-38 cm, heeft de Merel een stevig postuur. Zijn dieet is gevarieerd en omvat insecten, wormen, slakken, bessen en fruit. De vogel is vooral te vinden in tuinen, bossen, parken en hagen, waar hij met zijn scherpe snavel door de bladeren op de grond woelt op zoek naar voedsel.
De zang van de Merel is bijzonder melodisch en kan gedurende het hele jaar gehoord worden, hoewel vooral in de vroege ochtend en avond tijdens het broedseizoen in de lente en vroege zomer. Mannetjes zingen vanuit hoge uitkijkpunten om hun territorium te verdedigen en om vrouwtjes aan te trekken. De zang bestaat uit een reeks fluitende en gorgelende geluiden, die zowel helder als vloeiend zijn.
De broedperiode van de Merel begint in maart en kan doorgaan tot in de vroege herfst, met meerdere legsels per jaar. Het nest, gebouwd door het vrouwtje, is een stevige constructie van takjes, gras en modder, meestal verborgen in dichte struiken of heggen. Elk legsel bestaat gewoonlijk uit 3 tot 5 blauwgroene, gespikkelde eieren, die na ongeveer 14 dagen broeden uitkomen. Jonge Merels verlaten het nest na ongeveer twee weken, maar blijven nog enige tijd afhankelijk van de ouders voor voedsel.
Hoewel de Merel wijdverspreid en talrijk is, heeft hij net als vele andere vogelsoorten te maken met bedreigingen zoals habitatverlies, vervuiling en het gebruik van pesticiden, die zijn voedselbronnen verminderen. Desondanks blijft de Merel een geliefd en veelvoorkomend gezicht in zowel stedelijke als landelijke omgevingen, en zijn zang is voor velen een symbool van de natuurlijke schoonheid van Nederland.